Bereid de bechamelsaus: laat in een kleine pan (met dikke bodem) op gematigd vuur de boter smelten. Voeg het meel bij de gesmolten boter en meng 2 à 3 minuten met een houten lepel, zonder dat het mengsel kleur krijgt. Breng ondertussen de melk aan de kook. Schenk beetje bij beetje de kokende melk in het pannetje en roer voortdurend.
Laat circa 10 minuten op heel laag vuur koken, roer zodat de saus niet aankoekt op de bodem. Draai het vuur uit en voeg direct zout en nootmuskaat toe. Laat de bechamelsaus afkoelen. Zeef de ricotta in een kom, voeg de (afgekoelde) bechamelsaus, de eieren, de truffel (houd enkele snippers apart voor de garnering) en een snufje zout toe. Roer met een garde totdat alles goedgemengd en homogeen is. Beboter de vormpjes en bestrooi ze met meel. Doe er het mengsel in tot aan 1 cm onder de rand. Giet een laagje water water van een vinger hoog in een ovenschaal, zet de vormpjes erin en bak 50 minuten in een voorverwarmde oven op 180 °C. Open de oven aan het einde de kooktijd, maar maar wacht even met het verwijderen van de terrines: ze zouden inzakken door het verschil in temperatuur. Ze zullen toch wat inzakken, dat is normaal, maar ze blijven binnenin luchtig. Laat de terrines 15 à 20 minuten afkoelen alvorens ze te serveren (wanneer ze heet zijn, kunnen ze kapot gaan). Garneer ze met de opzij gehouden truffelsnippers.